4 pers.
32 wijnslakken (blik)
3 el boter
1 el bloem
350 ml kruidenbouillon
350 ml droge witte (Badische) wijn
scheutje citroensap
2 tenen knoflook
150 ml koksroom
1 eierdooier
versgeraspte nootmuskaat
1 el gladde peterselie, fijngesneden
zout, peper
1. Laat de slakken uitlekken; het vocht wordt niet gebruikt. Smelt 2 el boter in een ruime pan en strooi de bloem erbij. Bak deze kort en giet er dan beetje bij beetje de bouillon bij. Zet het vuur wat hoger en blijf goed roeren tot er geen klontjes meer te zien zijn.
2. Giet de witte wijn erbij en breng op smaak met citroensap, zout en peper. Laat zachtjes koken.
3. Verwarm ondertussen 1 el boter in een kleine koekenpan; kneus en snijd de knoflooktenen klein en bak die in de boter. Doe de helft van de slakken erbij, schud ze goed door de boter en neem van het vuur; maal er wat peper boven. Snijd de overige slakken klein.
4. Roer in een kommetje de room los met de eierdooier. Schep drie eetlepels van de warme soep erbij en roer goed.
5. Neem de soep van het vuur en klop met een garde het roommengsel erdoor. Voeg de kleingesneden slakken toe en verwarm de soep nog even op heel laag vuur door; laat niet meer koken! Breng op smaak met nootmuskaat.
6. Schep de soep in kommen, verdeel er de gebakken slakken over, garneer met peterselie en serveer.
Dit recept is afkomstig uit ons eerste boek, KOCH! Duitse keuken anno nu, dat helaas uitverkocht is.
© foto uitgeverij Aagje Blok
Comments