‘Even verderop lag een goudkleurige chester, een gruyère die leek op een wiel dat uit een of andere barbaarse strijdwagen was gevallen en enkele Hollandse kazen zo rond als geschoren hoofden. Een parmezaan voegde zijn scherpe aromatische geur toe aan het aroma van gebakken deeg.’
Emile Zola – Le Ventre de Paris (1873)
Nog een beetje ter ere van de Boekenweek van afgelopen week, maken we vandaag de kaastaart van Emile Zola. Ideaal met dit mooie weer; groene salade erbij en klaar!
voor 4 personen
6 vellen filodeeg
60 g boter, gesmolten
vulling
30 g belegen kaas, geraspt
60 g zachte geitenkaas, geprakt
70 g Parmezaanse kaas, geraspt
3 eieren, losgeklopt
125 ml halfvolle melk
185 ml slagroom
kruiden naar keuze, bijvoorbeeld salie en rozemarijn
1. Verwarm de oven voor op 180 ºC. Spreid het filodeeg uit op het werkvlak of een grote snijplank en dek af met een vochtige theedoek (dit voorkomt dat het deeg uitdroogt). Neem een velletje deeg en bestrijk het met gesmolten boter. Leg het volgende velletje erop en bestrijk ook dit met boter. Doe dit met alle velletjes.
2. Vet een quichevorm in met boter (of olijfolie). Bekleed de vorm met de deeglaagjes en snijd eventueel overhangend deeg met een scherp mesje weg.
3. Roer alle ingrediënten voor de vulling in een ruime kom goed door elkaar en schep in de vorm. Bak de taart 35 min. in de oven tot de bovenkant goudgeel is en de inhoud stevig (even de vorm schudden om te testen).
Een vorm invetten gaat heel makkelijk met wat keukenpapier en olie: schenk een druppeltje olie in de vorm. Maak een prop van een stukje keukenpapier en strijk de olie uit (niet de randen vergeten). Met heel weinig vet kun je een vorm zo heel dun invetten, inclusief onhandige kleine hoekjes en randen. [LT]
© foto: rouille-et-patine@shutterstock.com
コメント